Blog

Werkgever aansprakelijk voor schade werknemer door COVID-19?

22 februari 2023
Leestijd 4 min

Bijna 3 jaar geleden kreeg Nederland te maken met de coronapandemie. Inmiddels hebben de eerste werknemers, die stellen dat zij op het werk COVID-19 hebben opgelopen, hun werkgever aansprakelijk gesteld voor de schade die zij ondervinden door die besmetting. Veel van hen werkten in de zorg. In een uitspraak van 16 december 2022 oordeelde de Rechtbank Amsterdam dat de werkgever aansprakelijk is voor de schade die een werknemer had geleden door een besmetting met COVID-19 op het werk.

Medewerkers ziekenhuis lopen door de gang

Casus

In april 2020 loopt een verpleegkundige een besmetting met COVID-19 op. Ze is werkzaam bij een zorginstelling met verschillende woonzorglocaties waar ouderen verblijven met dementie of een andere beperking. De verpleegkundige stelt dat zij deze besmetting tijdens haar werk heeft opgelopen. Ze blijft langdurig last houden van klachten en stelt haar werkgever in maart 2021 aansprakelijk voor de schade. De werkgever wijst de aansprakelijkheid af, waarna de verpleegkundige een procedure start.

Toetsingskader aansprakelijkheid werkgever

Een werknemer die gezondheidsschade door een besmetting met COVID-19 op de werkgever wil verhalen, moet aantonen dat deze schade tijdens de uitoefening van de functie is opgelopen. Als dit lukt is de werkgever aansprakelijk, tenzij het volgende geldt:

  • De werkgever toont aan dat deze niet is tekortgeschoten in zijn zorgplicht (artikel 7:658 lid 1 BW).
  • Als komt vast te staan dat er sprake is van opzet of bewuste roekeloosheid van de werknemer (artikel 7:658 lid 2 BW).

De werkgever moet dus aantonen dat hij maatregelen heeft genomen die redelijkerwijs noodzakelijk zijn om te voorkomen dat een werknemer schade lijdt in de uitoefening van de werkzaamheden. Om te beoordelen welke maatregelen nodig zijn, moet worden gekeken naar de omstandigheden van het geval. 

Wat oordeelde de rechtbank in deze casus?

Besmetting op de werkvloer

Allereerst beoordeelt de rechter of de verpleegkundige haar besmetting met COVID-19 op het werk heeft opgelopen. De rechter stelt vast dat de verpleegkundige op 9,10 en 12 april 2020 contact met besmette bewoners heeft gehad, terwijl zij op dat moment niet over een mondkapje of andere persoonlijke beschermingsmaatregelen (hierna PBM) kon beschikken.

Op 17 april 2020 kreeg de verpleegkundige corona-gerelateerde klachten. Op 19 april 2020 testte zij positief. De werkzaamheden van de verpleegkundige die niet kon beschikken over een mondkapje of andere PBM en daarmee de vastgestelde blootstelling, kan dus tot de besmetting met COVID-19 van de verpleegkundige hebben geleid. De rechter neemt bovendien aan dat 1,5 meter afstand houden van de bewoners lastig of onmogelijk was gezien de hulpbehoevendheid van de bewoners en het gegeven dat zij de coronaleefregels niet of zeer lastig konden onthouden.

Geen besmetting binnen privésfeer

De besmetting ontstond tijdens de eerste lockdown. Op dat moment was de samenleving grotendeels op slot. De kans dat de verpleegkundige op dat moment in het openbare leven in aanraking is geweest met iemand die besmet was, acht de rechter beperkt. Alles bij elkaar genomen is de rechter van oordeel dat de verpleegkundige voldoende heeft aangetoond dat zij haar besmetting met COVID-19 tijdens haar werk heeft opgelopen.

Zorgplicht werkgever

De vraag die vervolgens door de rechter moet worden beantwoord, is of de zorginstelling aan de zorgplicht heeft voldaan en voldoende heeft gedaan om besmetting van de verpleegkundige met COVID-19 te voorkomen. De rechter overweegt dat het risico op blootstelling aan en besmetting met COVID-19 voor de verpleegkundige en haar collega’s tijdens de uitbraak op de afdeling is vergroot. De zorginstelling liet namelijk onduidelijkheid bestaan over het geven en naleven van instructies.

Bovendien vormde de zorginstelling niet zelf een oordeel over de vraag of het dragen van mondkapjes in gemeenschappelijke ruimten noodzakelijk, wenselijk en praktisch gezien haalbaar was. Volgens de instructies was het aan de dienstdoende arts om een besluit te nemen over het gebruik van PBM. Er was geen instructie waaruit bleek dat een verpleegkundige zelfstandig mocht besluiten om PBM te gebruiken op het moment dat zij daar zelf aanleiding toe zag.

In de periode van de besmettingen in de zorginstelling vroegen de verpleegkundigen om beschermingsmiddelen. De zorginstelling weigerde dit verzoek. Op 17 april 2020 werd het gebruik van mondkapjes en handschoenen alsnog verplicht. De rechter oordeelt gelet op deze omstandigheden dat het wenselijk en praktisch haalbaar was om mondkapjes te dragen. Mondkapjes dragen was vanwege de besmettingen en de contacten tussen de bewoners en verpleegkundigen ook noodzakelijk.

Conclusie

De Rechtbank Amsterdam oordeelt onder deze omstandigheden dat de zorginstelling aansprakelijk is voor de door de verpleegkundige geleden en nog te lijden schade die voortvloeit uit haar besmetting met COVID-19. Uit de uitspraak volgt dat een werkgever aansprakelijk kan worden gesteld voor langdurige gevolgen van een besmetting met COVID-19. Die aansprakelijkheid moet wel beoordeeld worden aan de hand van de specifieke omstandigheden van het geval.

Het is afwachten of nog in beroep wordt gegaan tegen de uitspraak van de rechter. VvAA volgt de kwestie nauwlettend.

Meer informatie

Verschillende VvAA-deskundigen houden zich in het kader van de VvAA Beroepsaansprakelijkheids- en rechtsbijstandverzekering in brede zin bezig met het omgaan met - en het voorkomen van - klachten en claims in de zorg.

Over de auteur

Jetty Guldemeester

Jurist

jetty.guldemeester@vvaa.nl

Expertise

  • Letselschade

Vragen?

Heeft u vragen over een (dreigende) tuchtklacht? Wij helpen u graag. De Juridische servicedesk is bereikbaar op werkdagen tussen 8.00 en 17.30 uur.

Juridische servicedesk
030 247 49 99
Bel ons

Meer lezen?

Cover Gids Tuchtrecht in de zorg
16 januari 2025
Leestijd 1 min

Gids Tuchtrecht in de zorg geeft professionals houvast

De gids Tuchtrecht in de zorg legt in infographics en bondige teksten uit hoe het tuchtrecht in de zorg werkt.

Een man zit achter zijn Imac met een koptelefoon en lacht naar een vrouw die naast hem staat in een blauwe jas
12 december 2024
Leestijd 5 min

Europese ruimte voor gezondheidsgegevens op komst

Europese ruimte voor gezondheidsgegevens (EHDS): wat betekent dit voor zorgverleners en hoe bereid je je voor?

Zorgverleners in gesprek in een zorginstelling beroepsaansprakelijkheid
25 november 2024
Leestijd 4 min

Smartengeld: wat is het en hoe wordt de hoogte bepaald?

Bij aansprakelijkheid wordt vaak gesproken over smartengeld. Maar wat is smartengeld en hoe wordt de hoogte ervan bepaald?

vrouw achter laptop
24 oktober 2024
Leestijd 4 min

Beroeps­geheim en het afweren van een claim

Zonder toestemming van de patiënt mag u medische gegevens niet delen met de jurist van uw verzekeraar. Lees meer in deze casus.

PrivacyverklaringAlgemene voorwaardenDisclaimerCookiegebruikCookie instellingen