Artikel

Het Integraal Zorgakkoord - De vrije artsenkeuze

19 augustus 2022
Leestijd 3 min

Nu een publiek debat over het concept Integrale Zorgakkoord (IZA) voortijdig is losgebarsten, wil VvAA als zorgcollectief van 130.000 zorgprofessionals niet achterblijven. Zeker niet omdat mogelijk opnieuw wordt getornd aan het grondrecht van patiënten tot de vrije keuze van hun zorgverlener.

Het Integraal Zorgakkoord - De vrije artsenkeuze - samen de puzzel maken

De beheersing van de financiële zorguitgaven en de problemen op de arbeidsmarkt van zorgprofessionals vragen om belangrijke keuzes die moeten gaan langs de lijn van ‘passende zorg’. Daarover zijn we het eens, overigens deels ook al in vorige hoofdlijnakkoorden.

Positief is het voornemen om nu echt iets te gaan doen aan de problematiek op de arbeidsmarkt en het ontzorgen van zorgprofessionals: concrete afspraken om het vertrouwen, de professionele ruimte en autonomie te verbeteren en daarnaast ook harde afspraken over de vermindering van regeldruk. VvAA voert al langere tijd met succes programma’s om hier beweging in te krijgen, zoals [Ont]regel de Zorg en Zin in Zorg.

Teleurstellend is de, nu al 10 jaar lang, iedere keer weer opnieuw terugkerende fixatie op het bestaan en de uitwerking van artikel 13 in de Zorgverzekeringswet. Daarin is destijds voor patiënten en zorgverleners minimale 'countervailing power', dat wil zeggen tegenkracht, geformuleerd tegen een mogelijk te grote macht van de zorgverzekeraars. Recent is in een goed onderbouwd proefschrift van advocaat Wallage bij de Rijkuniversiteit Leiden opnieuw bevestigd dat hier zelfbeschikkingsrecht van patiënten aan ten grondslag ligt dat afgeleid kan worden uit onze grondwet in combinatie met Europese wetgeving en jurisprudentie.

Thans wordt geprobeerd opnieuw te tornen aan de uitwerking van artikel 13 langs 3 lijnen. De verplichte financiële offerte voor de kosten van een behandeling, waar geen bezwaar tegen is want die verplichting volgt al uit de WGBO. Ten tweede een coulanceverbod, hetgeen juridisch onhoudbaar is. Wie kan nou wie verbieden om een deel van andermans rekening te betalen? En tot slot het verlagen van de vergoeding van niet-gecontracteerde zorg. En dat is al een tot op het bot uitgeprocedeerd principe, waar de Hoge Raad zich in 2014 over heeft uitgesproken in het arrest CZ/Momentum. Daarmee werd het hinderpaalcriterium onderdeel van artikel 13 van de Zorgverzekeringswet. Dat wil zeggen dat verzekeraar bij ongecontracteerde zorg verplicht is tot een redelijke vergoeding, zodat voor patiënten geen hindernis ontstaat die zorg te kunnen afnemen. Hier zit weinig tot geen ruimte.

Het is sterk de vraag wat telkens weer beoogd wordt. Financieel gaat het relatief gezien niet over veel geld. De hoop dat in ongecontracteerde zorg werkende professionals komen werken in de gecontracteerde zorg kan wel eens een misvatting zijn. Mogelijk verlaten veel van deze professionals de zorg. Is het dan alleen irritatie of incident-emotie bij de zorgverzekeraars?

Of is het misschien toch een afleiding van het werkelijke probleem: het feit dat het niet goed lukt om gezamenlijk grote noodzakelijke veranderingen tot stand te brengen in een moeizaam evenwicht tussen verplichte concurrentie en noodzakelijke samenwerking in de verschillende regio's in Nederland. We zien in dit IZA dat die samenwerking alleen aan de orde is bij complexe veranderingen richting passende zorg en dan 'binnen de kaders van de bepalingen in de Mededingingswet'. Maar dat verder vooral alles bij het oude blijft: concurrentieel inkopen en individueel contracteren.

In het vorige hoofdlijnakkoord was het motto voor de overbrugging van deze spagaat ‘congruentie’, nu is 'gelijkgerichtheid' de heilige graal. We gaan het zien. Het vraagt veel balanceren en onderling vertrouwen tussen partijen.

In ieder geval vinden wij pogingen tot verdere juridische beperking van de vrije zorgverlenerskeuze onwenselijk. Het polariseert en leidt tot niks. Beter is het te sturen op patiënt georiënteerde samenwerking ook in productdefinitie en betaaltitel.

We zullen onze leden daarin ondersteunen waar nodig, collectief maar ook individueel, onder andere via onze Juridische servicedesk. Als het verzekeraars allemaal weer niet lukt om tempo te maken in de grote noodzakelijke transitie, heeft niet de zeer beperkte ongecontracteerde zorg het gedaan. Waarschijnlijk is dan meer de houdbaarheidsdatum van dit stelsel aan de orde.

Hans van der Schoot, directeur Vereniging VvAA
Willem Veerman, voorzitter bestuur Vereniging VvAA

Meer informatie

Het recht op vrije artsenkeuze binnen het Nederlandse gezondheidsstelsel (promotieonderzoek B. Wallage Universiteit Leiden 2022)

Vragen?

Voor advies of vragen kunt u bellen op werkdagen tussen 8.00 en 17.30 uur met onze Juridische servicedesk. Wij helpen u graag.

Juridische servicedesk
030 247 49 99
Bel ons

Meer lezen?

The Mental Move
5 maart 2024
Leestijd 3 min

Nieuwe pensioenwet: dit gaat er de komende tijd gebeuren

Alle pensioenfondsen moeten uiterlijk op 1 januari 2028 een nieuwe regeling hebben ingevoerd. Wat daarvoor nog moet gebeuren lees je in ons artikel.

tandartsen met elkaar in gesprek aan de balie
28 februari 2024
Leestijd 4 min

Minister Van Gennip ondanks kritiek door met nieuwe zzp-wet

Demissionair SZW-minister Van Gennip maakte op 6 oktober 2023 het wetsvoorstel Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (Vbar) bekend.

Patiënten wachten in de wachtkamer van een huisartsenpraktijk op de afspraak met de huisarts.
9 februari 2024
Leestijd 2 min

Regionale samen­werking in de eerste­lijnszorg: een nieuw tijdperk

Ik stel me voor dat het het jaar 2035 is. Een tijd waarin mensen zich gezonder en vitaler voelen dan ooit tevoren. Hoe? Lees mijn blog.

Omgevingswet 2024: wat u moet weten
9 februari 2024
Leestijd 3 min

Omgevings­wet 2024: wat u moet weten

Naast het stroomlijnen van procedures en het versnellen van beslissingen, introduceert de Omgevingswet een digitaal stelsel (DSO).

PrivacyverklaringAlgemene voorwaardenDisclaimerCookiegebruikCookie instellingen